|
index |
actueel |
2004 |
2005 |
2006 |
2007 |
2008 |
2009 |
2010 |
2011 |
|
2012 |
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
2021 |
2022 |
Oud nieuws 2010
december 2010
Hondshaai
Scyliorhinus canicula (Linné, 1758)
In de laatste week van oktober vond Hans van Iterson uit Boxtel deze tros eikapsels van de hondshaai bij paal 7. Het is de grootste tros die tot nu toe van Schiermonnikoog bekend is en bevat maar liefst 26 eikapsels!
december 2010
Rendier
Rangifer tarandus (Linné, 1758)
Op 19 augustus 2010 vonden Pepijn Hagenaar uit Zeist en Marijn Leeuwenberg uit Rotterdam dit botstuk bij paal 13. Ze hebben het laten zien aan prof. dr. Jelle Reumer van het Natuurmuseum Rotterdam en die kwam tot de conclusie dat het hier ging om een scheenbeen van een fossiel rendier, dat hier in de IJstijden heeft rondgewandeld!
december 2010
Bladachtig hoornwier
Flustra foliacea Linné, 1758
Anders dan de naam doet vermoeden is dit geen wier, maar een kolonie mosdiertjes die groeit in de vorm van een zeewier. De kolonie bestaat uit aanelkaar gebouwde huisjes waarin de mosdiertjes leven. Ze vangen met kleine tentakels voedsel uit het water. Wanneer je de kolonie van dichtbij bekijkt zie je duidelijk de afzonderlijke huisjes. Eind december vond ik verschillende kolonies in de eblijn bij paal 16.
oktober 2010
Grijze zeehond
Halichoerus grypus (Fabricius, 1791)
Anniek Bouwman uit Leiden vond op 3 augustus bij paal 8 deze fraai gevormde wervel. Het is een borstwervel van een grijze zeehond. De wervel is fossiel en volgens deskundigen ongeveer 5000 jaar oud.
oktober 2010
Noordkaper
Eubalaena glacialis (Desmoulins, 1822)
Emily Wiessner uit Etten-Leur vond op 17 augustus tussen paal 14 en 15 een enorme tussenwervelschijf. Navraag bij deskundigen maakte duidelijk dat het hoogstwaarschijnlijk om een tussenwervelschijf van een noordkaper gaat. Deze grote walvis kwam vroeger ook in de oostelijke Atlantische Oceaan voor, maar is daar door de jacht op het dier uitgestorven. Wel leeft de soort nog langs de Amerikaanse oostkust. De schijf is waarschijnlijk meer dan 500 jaar oud.
oktober 2010
Slanke noordhoren
Colus gracilis (Da Costa, 1778)
Johan Trenning vond op 26 augustus 2010 bij paal 15 deze slanke noordhoren. De schelp lag tussen vele andere schelpen (met name wulken) op de laagwaterlijn.
|
 |
oktober 2010
Spoelhoren
Acteon tornatilis (Linné, 1758)
Sonny Copier uit Utrecht vond op 19 oktober deze prachtige gave spoelhoren aan het strand bij paal 4. Het is een al wat ouder, blauwgrijs verkleurd exemplaar. |
 |
oktober 2010
Grote mantel
Pecten maximus (Linné, 1758)
Op 22 mei 2010 vond Thijs de Boer op een viskist bij paal 15 enkele heel jonge schelpen van de grote mantel. Het is de derde keer dat op Schiermonnikoog deze soort is gevonden. |
 |
oktober 2010
Noorse kreeft
Nephrops norvegicus Linné, 1758
Netty Veenbaas uit Heiloo vond deze fraaie levende Noorse kreeft aan de eblijn tussen paal 8 en 9. Ze hebben het dier weer in zee gezet. Levende dieren spoelen maar zelden aan; wel zijn af en toe scharen van de Noorse kreeft te vinden. |
 |
augustus 2010
Gekielde noordhoren
Neptunea despecta (Linné, 1758)
Mevrouw Wiersum uit Ermelo vond al weer enige tijd geleden (zomer 2009) hoog op het strand bij paal 16 een bijzonder fraaie schelp van de gekielde noordhoren. De schelp is weliswaar blauwgrijs, maar nauwelijks afgesleten.
augustus 2010
Gevlochten fuikhoren
Nassarius reticulatus (Linné, 1758)
De heer Vroman uit Alphen aan de Rijn vond op 13 juli bij paal 8 een vers exenplaar van de gevlochten fuikhoren (rechts op de foto). Oude, fossiele schelpen met bredere verticale ribben spoelen wel vaker aan (links), maar verse schelpen zijn zeldzaam. Wel lijkt het er op dat de soort de laatste jaren steeds verder oprukt naar het noorden.
augustus 2010
Gemarmerde streepschelp
Modiolarca subpicta (Cantraine, 1835)
Brechje Bouwman uit Leiden vond begin augustus bij paal 13 een bodem van een plastic ton met daarin vastgehecht enkele schelpen van de schilferige dekschelp en de noordse rotsboorder. Behalve die soorten zat er ook een heel klein, bol mosseltje in: de gemarmerde streepschelp. De eerstgenoemde soorten kom je wel vaker tegen op allerlei substraten, maar de gemarmerde streepschelp is een heel zeldzame soort. Aangespoelde emmers, viskisten en netten inspecteren kan dus zeer de moeite waard zijn!
augustus 2010
Gewone wenteltrap
Epitonium clathrus (Linné, 1758)
Op 9 juli vond Tineke Bargeman (Schiermonnikoog) bij paal 15 deze prachtige, grote gewone wenteltrap. Het is één van onze mooiste schelpen en wordt maar zelden zo mooi gaaf en groot gevonden.
juni 2010
Geep
Belone belone (Linné, 1761)
De familie De Vries uit Veenendaal vond op 6 juni een vreemde, lichtgroen gekleurde schedel met een soort lange 'snavel' aan de vloedlijn bij paal 10. Het is de schedel van de geep. Kenmerkend is de lange kaak (bovenkaak iets korter dan de onderkaak) en de groene kleur. Vroeger dacht men daarom dat deze vis giftig was.
juni 2010
Zeeklit
Echinocardium cordatum (Pennant, 1777)

Vergroeide zeeklit (links)
Op 1 april vond Marit Aegerter uit Viersen (Duitsland) een vergroeid exemplaar van de zeeklit. Zo te zien heeft deze zeeklit op zijn woonplaats (onder het zand, op de zeebodem) in de knel gezeten.
juni 2010
Hondshaai
Scyliorhinus canicula (Linné, 1758)
In mei vond ik deze tros eieren van de hondshaai. Het zijn er maar liefst negen, de grootste tros die ik tot nu toe vond.
Maart 2010

|
De vogelwereld van Schiermonnikoog
Deel 2 - 56 soorten van strand, wad en kwelder
In dit tweede deel over de vogelwereld van Schiermonnikoog worden vogels van strand, wad en kwelder beschreven. Steltlopers, meeuwen en sterns, maar ook eenden en roofvogels worden beschreven en afgebeeld door middel van fraaie foto’s van gerenommeerde fotografen. Het boekje is voor € 5,50 te koop bij Boekhandel Kolstein, Bezoekerscentrum, VVV-kantoor en natuurlijk bij Schelpenmuseum Paal 14.
|  |
Maart 2010
Oor zeehond
Phoca vitulina Linné, 1758
Joachim Rudnick-Aegerter en zijn gezin uit Viersen (Duitsland) vonden op 31 maart een vreemd gevormd bot op het strand tussen paal 7 en 8. Het gaat om het oor van de gewone zeehond.
Maart 2010
Zeeklit
Echinocardium cordatum (Pennant, 1777)
De afgelopen maanden spoelden er opmerkelijk veel zeeklitten aan. Zeeklitten horen tot de stekelhuidigen en zijn dus familie van de zeesterren. Ze hebben een broos kalkskelet waarop korte stekels staan. Wanneer de dieren dood zijn, vallen die er al snel af en blijft een kaal kalkskelet over.
Januari 2010
Amerikaanse zwaardschede
Ensis americanus (Gould, 1870)

Amerikaanse zwaardschede, rechts voet Amerikaanse zwaardschede, in-en uitstroomsifo
Regelmatig spoelen er ontelbaar veel schelpen van de Amerikaanse zwaardschede aan. In de koude wintermaanden spoelen er ook vaak schelpen aan met het dier er nog in. Opvallend is de lange voet aan de onderzijde van het dier. Bovenaan zitten twee openingen, waardoor het water naar binnen en buiten wordt gepompt. Het dier haalt er voedsel en zuurstof uit.
Januari 2010
Franse tap
Arenicola defodiens Cadman & Melson, 1993

Franse tap, rechts de zuigsnuit (proboscis)
De wadpier is een bekende soort, waarvan overal op het wad, maar vaak ook ook in geulen op het strand de kenmerkende 'zandspaghetti' is te vinden. Wat dieper in zee komt een verwante soort voor, die pas in 1993 is ontdekt. Deze soort wordt veel groter dan de gewone wadpier. In januari spoelden er enkele grote exemplaren van deze pas ontdekte soort aan.
Januari 2010
Noordzeekrab
Cancer pagurus Linné, 1758
Na de harde oostenwind, begin januari, spoelden er veel krabben aan. Meest algemeen is de strandkrab, maar ook spoelden er enkele grote Noordzeekrabben aan. Aan het smalle staartstuk is te zien dat het bovenste dier een mannetje is: een vrouwtje heeft een breed staartstuk, in de vorm van een ouderwetse bijenkorf.
|
index |
actueel |
2004 |
2005 |
2006 |
2007 |
2008 |
2009 |
2010 |
2011 |
|
2012 |
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
2021 |
2022 |