|
index |
actueel |
2004 |
2005 |
2006 |
2007 |
2008 |
2009 |
2010 |
2011 |
|
2012 |
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
2021 |
2022 |
Oud nieuws 2014
|
oktober 2014
Bonte mantel
Mimachlamys varia (Linné, 1758)
Op 23 oktober (na de storm van 22 oktober) werden twee prachtige gave kleppen van de bonte mantel gevonden.
Marten Eling Oosterhoff uit Utrecht vond een linkerklep bij paal 8 en Marjan van Dasselaar uit Ede een puntgave rechterklep (met ver uitstekend 'oortje') bij paal 10.
Beide kleppen zijn donkergrijs en stammen waarschijnlijk uit het Eemien, de periode tussen de laatste twee ijstijden.
|
|
oktober 2014
Wulk
Buccinum undatum Linné, 1758
Op 10 oktober vond Martina Pollok uit Duitsland ter hoogte van paal 14 een bijzonder gevormde wulk aan de vloedlijn. De windingen lopen niet vloeiend in elkaar over, maar zijn trapvormig afgezet, waardoor de schelp een heel ander uiterlijk krijgt. Waarschijnlijk is de schelp in een veel jonger stadium beschadigd waardoor deze vergroeiing is ontstaan. Jan Pieter Stokkers uit Ede vond op 23 oktober een soortgelijke vergroeide wulk op de Balg.
|
oktober 2014
Holenleeuw
Panthera spelea Goldfuss, 1810
Op 30 mei 2014 vond Sem Bakker uit Kampen een mooi zwart bot op het strand van Schiermonnikoog. Na onderzoek van het botje door deskundigen van Natuurmuseum Rotterdam is duidelijk geworden dat het een middenvoetsbeentje van een roofdier is. Meest waarschijnlijk is het afkomstig uit de poot van een holenleeuw! Dat grote roofdier liep hier rond tot ongeveer 10.000 jaar geleden en is toen uitgestorven. Een geweldig mooie vondst dus!!
 augustus 2014
|
Wijde mantel
Aequipecten opercularis (Linné, 1758)
De familie Roelsma uit Wageningen vond op 24 augustus tussen paal 8 en 9 deze donkergrijze klep van de wijde mantel. Waarschijnlijk stamt de klep uit het Eemien, de periode tussen de laatste twee ijstijden.
augustus 2014
Lepeloester
Neopycnodonte cochlear (Poli, 1795)
Op 25 augustus vond Cindy Pisa uit De Bilt een aangespoelde emmer. Onder de rand zat een klein oestertje, dat bij nadere bestudering een rond spierindruksel bleek te hebben aan de binnenkant van de schelp. Het betreft de zeer zeldzame lepeloester. De soort is niet eerder gemeld van Schiermonnikoog!
augustus 2014
Geplooide zonneschelp
Gari fervensis (Gmelin, 1791)
Op 31 juli vond ik op het uiterste puntje van de Balg deze fraaie klep van de geplooide zonneschelp. Deze soort is aan het strand zeer zeldzaam en slechts enkele malen op Schiermonnikoog gevonden.
augustus 2014
Slanke noordhoren
Colus gracilis (Da Costa, 1778)
Eveneens op 25 augustus vond Cindy Pisa op de Balg een prachtige schelp van de slanke noordhoren. Deze schelp is erg zeldzaam en meestal zijn de exemplaren blauwgrijs verkleurd en beschadigd. Deze keer betrof het een werkelijk schitterend exemplaar in de oorspronkelijke roomwitte kleur.
augustus 2014
Zeehond
Phoca sp.
Dit fraai gevormde en gitzwarte bot werd op 1 augustus door gasten uit Amsterdam gevonden op het puntje van de Balg. Het is de draaier (tweede rugwervel) van een zeehond. Gezien de kleur is het een erg oud bot en mogelijk afkomstig van een grijze zeehond of andere soort.
augustus 2014
Zwakgeribde olifantstand
Antalis vulgare (Da Costa, 1778)
Else Boon uit Scharwoude vond op 4 augustus bij paal 13 deze prachtige schelp van de zwakgeribde olifantstand. Fragmenten zijn zeldzaam op Schiermonnikoog te vinden in schelpgruis. Een gave schelp zoals Else die vond is dan ook zeer zeldzaam!
augustus 2014
Noordkaper (mogelijk)
cf. Eubalaena glacialis (Desmoulins, 1822)
Maartje en Merel Visser vonden op 5 augustus tussen paal 1 en 2 deze prachtige tussenwervelschijf van een walvis. De schijf ziet er oud uit en is mogelijk afkomstig van de Noordkaper. Deze grote walvis kwam vroeger in de oostelijke Atlantische Oceaan voor, maar nu niet meer. Noordkapers leven nog wel in de westelijke Atlantische Oceaan.
augustus 2014
Gele haarkwal
Cyanea capillata (Linné, 1758)
Begin augustus spoelden er enkele grote gele haarkwallen aan. Deze soort is zeldzaam aan het strand. Kenmerkend zijn de onderbrekingen in de kringspieren. De verwante blauwe haarkwal (C. lamarckii) kan soms ook geelbruin van kleur zijn, maar heeft doorlopende kringspieren.
augustus 2014
Lampenkapje
Aequorea vitrina Gosse, 1853
Linnea Kuiper en Ron van Veggel vonden begin augustus lampenkapjes op het strand. Deze kleine kwallen komt maar zelden voor langs het Nederlandse strand, maar deze zomer waren er tientallen te vinden. Ze hebben een platte schijf met veel radiale strepen, die soms roze gekleurd zijn.
augustus 2014
Bolle duinslak
Cernuella virgata
Dick Romein uit Arnhem vond op 29 augustus dit slakje op camping Seedúne. Het is de bolle duinslak, een nieuwe soort voor Schiermonnikoog. Deze kleine soort (doorsnee ca. 1 cm) komt van oorsprong voor in het Middellandse Zeegebied en is rond 1870 voor het eerst in ons land aangetroffen. Nu komt de bolle duinslak op meer plaatsen voor, o.a. op Texel, Vlieland en Ameland. Het slakje houdt van droge gebieden, zoals duinen en dijken.
juni 2014
Thais coronata (Lamarck, 1816)
Hidde de Vries uit Vorden vond op 2 mei tussen paal 14 en 15 een bijzondere schelp. Het viel Hidde op dat de schelp veel dikker was dan een wulk en ook dikkere ribben had. Hij bleek het bij het juiste eind te hebben: de schelp die hij vond is een soort purperslak die aan de westkust van Afrika voorkomt, van Senegal tot Congo. De soort wordt daar gegeten, dus mogelijk heeft een zeeman de schelp overboord gegooid! Voor zover bekend is de soort nooit eerder in Nederland gevonden.
juni 2014
Goudkammetje
Lagis koreni Malmgren, 1865
Decennia lang was het goudkammetje nauwelijks te vinden op het strand van Schiermonnikoog. Pas de laatste jaren lijkt het of de dieren weer wat algemener worden. De worm, met zijn goudkleurige haren aan de kop, leeft in een taps toelopende buis, die geheel van zandkorrels is gemaakt.
juni 2014
Zeepaddenstoel
Rhizostoma pulmo Macri, 1778
Dit voorjaar spoelden er langs de Nederlandse kust enorme zeepaddenstoelen aan. Deze exemplaren vond ik op 6 april tussen paal 5 en 10. Normaal gaan deze kwallen in de winter dood, maar nu, waarschijnlijk door de relatief zachte winter, hebben sommige de winter overleefd en zijn doorgegroeid. Sommige dieren wogen meer dan 10 kilo! (De laars is maat 44).
juni 2014
Cleithrum van
schelvis-achtige
Op 25 juni vond Gerard Glerum dit botje op het strand tussen paal 8 en 9. Het gaat om een zogenaamd cleithrum. Dit is een bot dat bij vissen achter de kieuwboog zit. De donkere en dikke cleithra die aan het strand worden gevonden zijn afkomstig van een schelvis-achtige vis, maar welke soort precies is (nog) niet duidelijk. Meestal vind je alleen het verdikte deel, maar dit bot is puntgaaf. Momenteel wordt op Texel onderzoek gedaan naar deze botjes. Wanneer daarover meer bekend is, meld ik dat op deze plaats.
mei 2014
Wulk (linksgewonden schelp)
Buccinum undatum Linné, 1758 var. sinistrorsa
Nadat in 1969 Hanno van der Meulen op Schiermonnikoog de eerste linksgewonden wulk vond, was ik behoorlijk jaloers. Na 40 jaar zoeken vond ik in 2009 dan eindelijk mijn eerste exemplaar (zie 'Oud nieuws 2009'). Op 25 maart 2014 vond ik op het puntje van de Balg opnieuw een linksgewonden wulk.
mei 2014
Noordzeekrab
Cancer pagurus Linné, 1758
Fietsend langs de eblijn ter hoogte van paal 9 zag ik op 4 april iets bruins op het zand liggen. Het bleek de bovenkant van het rugschild van een Noordzeekrab te zijn. Toen ik hem wilde uitgraven, begon het te bewegen: het was een levende krab, die zich helemaal op het strand had ingegraven. Weer uitgezet in het geultje begon hij zich daar ook weer snel in te graven.

mei 2014
Hongaarse muts
Capulus ungaricus (Linné, 1758)
Op 27 maart vonden Ingeborg Terluin en Michiel Stokvis uit Arnhem op de Balg een zeer bijzondere schelp: een Hongaarse muts. Deze slak leeft in een kapvormige schelp, vastgehecht op een harde ondergrond. De schelp is nooit eerder op Schiermonnikoog gevonden en dus een nieuwe soort voor het eiland. De schelp is bijna 5 cm lang, ziet er fossiel uit en stamt waarschijnlijk uit het Eemien, de periode tussen de laatste twee ijstijden.
mei 2014
Grote scheefhoren
Lacuna crassior (Montagu, 1803)
Op 26 april vond Jasper Schaaf uit Groningen in een gruisbank bij paal 11, behalve veel spoelhorens, ook een fragment van de grote scheefhoren. Ook deze soort is, net als de vorige, nieuw voor Schiermonnikoog en was tot nu toe op de Waddeneilanden alleen op Vlieland en Terschelling gevonden. Het is een noordelijke soort, die hier mogelijk in een koudere periode heeft geleefd.
mei 2014
Atlantische steur
Acipenser sturio Linné, 1758
Op 4 april vond ik langs de eblijn ter hoogte van paal 12 deze bijna 15 cm grote beenplaat van een Atlantische steur. Van deze in de Noordzee uitgetorven vis zijn in 2012 weer jongen uitgezet in de Nieuwe Maas bij Rotterdam. De steur leeft in ondiepe kustwateren en trekt de monding van rivieren op om te paaien.
maart 2014
Manteldekschelp
Pododesmus patelliformis (Linné, 1761)
Op 31 december 2013 vond ik op een plastic ton deze fraaie manteldekschelpen. Deze soort heeft in de onderste klep een groot gat, waardoor het dier zich kan vasthechten op een harde ondergrond. De binnenkant van de bovenste klep is groen.
 |
maart 2014
Kleine boormossel
Barnea parva (Pennant, 1777)
In een stuk veenhout dat ik op 13 maart op het puntje van de Balg vond, bevonden zich twee doubletten en een losse klep van de kleine boormossel. Deze soort is veel zeldzamer dan de Amerikaanse, witte en de ruwe boormossel.
|
|
index |
actueel |
2004 |
2005 |
2006 |
2007 |
2008 |
2009 |
2010 |
2011 |
|
2012 |
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
2021 |
2022 |