| index | actueel | 2004 | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
| 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |

Oud nieuws 2019


december 2019

© Thijs de Boer
Paardenmossel
Modiolus modiolus (Linné, 1758)
Op 10 december vond ik op het oostelijkste puntje van het eiland deze paardenmossel in de vloedlijn.
De soort is gemakkelijk te onderscheiden van de gewone mossel, door de brede top. Bij een gewone mossel is die veel smaller. De paardenmossel is een soort die vooral in noordelijke zeeën voorkomt. Bij ons is het een zeldzame vondst.
© Thijs de Boer
Gewone mossel (boven) en paardenmossel
  

december 2019

© Thijs de Boer Geplooide platschelp
Angulus distortus (Poli, 1795)
In de windingen van aangespoelde wulken zitten soms schelpen vast. Na het drogen van de wulk kun je die er uit kloppen. Meestal gaat het om algemene soorten. Omdat deze schelpen goed beschermd zitten in zo'n winding, kun je er soms ook heel dunne en breekbare soorten uit kloppen.
Zo klopte ik uit een wulk die ik op 28 november vond een gave klep van de geplooide platschelp. Deze soort stamt uit het Eemien (de relatief warme periode tussen de laatste en voorlaatste ijstijd) en komt tegenwoordig met name in de Middellandse Zee en aangrenzende delen van de Atlantische Oceaan voor. Het is voor zover bekend de eerste vondst op Schiermonnikoog.

december 2019

© Thijs de Boer Kamster
Astropecten irregularis (Pennant, 1777)
Op 18 november lagen er honderden kamsterren aan de eblijn tussen paal 8 en 12. Enkele van deze kamsterren hadden duidelijk iets in hun lijf zitten. Het bleken doubletten van nonnetjes en zaagjes te zijn die de dieren fataal waren geworden.
Kamsterren werken complete weekdieren met schelp en al naar binnen, waarna ze het weekdier verteren en de schelpen weer naar buiten werken. Wanneer het weekdier is verteerd gaan de schelpen openstaan, waardoor het naar buiten werken soms moeilijk gaat. In een enkel geval lukt dat niet meer. De schelp blijft achter in de zeester en beschadigt daar ingewanden en maag.
© Thijs de Boer

oktober 2019

© Thijs de Boer
Paard
Equus ferus Linné, 1758
Foppe Hoekstra vond op 26 oktober deze fraaie kies in het schelpenpad van de Kooiweg. Het is een kies uit de onderkaak van een paard. Gezien de kleur en de conserveringstoestand lijkt de kies flink oud. Paarden kwamen dan ook tijdens de laatste ijstijd veel voor in het Noordzeegebied. Mogelijk betreft het een kies van vele duizenden jaren oud. De schelpen die voor het schelpenpad zijn gebruikt, worden voornamelijk opgevist langs de diepe zeegaten tussen de eilanden.

oktober 2019

© Thijs de Boer
Grote vis

Ina Drok vond dit bijzonder gevormde bot op 18 oktober op de Balg. Het blijkt te gaan om de staartwervel van een grote vis. Momenteel is onbekend welke vissoort het betreft. In ieder geval moet het gaan om een fors exemplaar.

augustus 2019

Neushoornkever
Oryctes nasicornis (Linné, 1758)
Sjaak Gubbels uit Maasbree vond op 9 juli deze levende neushoornkever. De kever maakte een wandelingetje over het strand, vlak bij de vloedlijn tussen paal 9 en 10. Mogelijk is de kever op zee terecht gekomen en daarna aangespoeld. Soms spoelen er ook vlinders aan. Die zijn altijd dood. Lieveheersbeestjes en coloradokevers spoelen vaak nog levend aan. De neushoornkever is een zeldzame soort in ons land.
© Sjaak Gubbels

augustus 2019

© Thijs de Boer
Dwergvinvis
Balaenoptera acutorostrata Lacépède, 1804
Lilith Knies en haar zus uit Hamburg (Duitsland) vonden op 11 juli dit bot tussen paal 9 en 10. Het blijkt te gaan om de helft van een onderkaak van een dwergvinvis. De overige resten van de dwergvinvis waren kort daarvoor al aangespoeld ter hoogte van paal 10.
© Thijs de Boer

augustus 2019

© Thijs de Boer
Stekelhoren
Ocenebra erinaceus (Linné, 1758)
Op 28 juli vond de familie Hitman uit Utrecht deze prachtige stekelhoren op de Balg. Stekelhorens zijn erg zeldzaam en hebben hier zo'n 100.000 jaar geleden geleefd, in de warme periode tussen de laatste twee ijstijden (het Eemien).

augustus 2019

© Thijs de Boer
Slanke noordhoren
Colus gracilis (Da Costa, 1778)
Op 12 augustus vond Marieke de Weerd uit Ommen bij paal 13 deze prachtige slanke noordhoren. Deze schelp is erg zeldzaam op het strand en dit exemplaar is groot en mooi wit van kleur. De slakkken leven op een zand- of modderbodem tot een diepte van wel 500 meter.

augustus 2019

© Thijs de Boer
Spoelhoren
Acteon tornatilis (Linné, 1758)
Luise Krämer uit Kirchheim-Teck (Duitsland) raapte op 22 augustus deze kleine maar prachtig gekleurde spoelhoren op. Het is een verse schelp. De meeste spoelhorens die we hier vinden zijn blauwgrijs van kleur en oud. Verse, gave schelpen zijn erg zeldzaam!

augustus 2019

© Thijs de Boer
Ovaal nonnetje
Macoma calcarea (Gmelin, 1790)
Aline Deijnum en haar vriend Evan Frijters uit Lelystad vonden op 27 augustus deze klep van een ovaal nonnetje bij paal 7. Het ovaal nonnetje is een noordelijke soort en leeft vanaf het noorden van de Noordzee tot in de Noordelijke IJszee en ook aan de westkust van Canada komt de soort voor. De schelp die Aline vond ziet er oud uit en heeft hier tijdens een koude periode, rond een ijstijd, geleefd. Actueel juni 2019 (wijziging).

juni 2019

Eierschelp
Gastrana fragilis (Linné, 1758)
© Thijs de Boer
Jasper Schaaf uit Groningen vond op 4 mei ter hoogte van paal 7 deze eierschelp. De soort is erg breekbaar en min of meer gave kleppen zijn erg zeldzaam. De soort leefde hier gedurende het Eemien, de periode tussen de laatste en voorlaatste ijstijd, zo'n 100.000 jaar geleden.
© Thijs de Boer

juni 2019

Schaalhoren
Patella vulgata

Fionna Bottema uit Yde vond op 8 mei deze grote schaalhoren ter hoogte van paal 10. Schaalhorens zijn slakken die vastgehecht zitten op rotsen en stenen.
In ons land zijn ze zeldzaam levend te vinden in Zeeland en op bv. de pier van IJmuiden. In Frankrijk leven ze massaal op de rotsen van Normandië en Bretagne. Soms groeit er een wier op de schelp, dat de schelp meevoert naar het strand, wanneer het is losgeslagen van de rotsen.

© Thijs de Boer

juni 2019

Tuimelaar
Tursiops truncatus (Montagu, 1821)
Ria Maidman (Amsterdam) en Annelies Veldhuys (Drachten) vonden op 28 mei dit grote schouderblad ter hoogte van paal 10. Het heeft toebehoord aan een grote dolfijnsoort, waarschijnlijk de tuimelaar.
Tuimelaars waren tot de zestiger jaren algemeen in de Noordzee. Nu komen ze in de Noordzee alleen nog oostelijk van Schotland en in Het Kanaal voor.

april 2019

Tongschar
Microstomus kitt Walbaum, 1792

© Thijs de Boer
Op 8 januari vond ik in de laagwaterlijn ter hoogte van paal 10 deze tongschar. Deze platvis spoelt slechts zeer zelden aan langs het strand en leeft in de Atlantische Oceaan van het noorden van Noorwegen tot Spanje. De dieren leven vooral op grind- of steenachtige bodems.
© A. Vermeulen

april 2019

Kortsnuitzeepaardje
Hippocampus hippocampus (Linné, 1758)

Op 5 maart trof ik tijdens een jutterstocht op het strand bij paal 5 bij de laagwaterlijn een ca. 10 cm groot kortsnuitzeepaardje aan. Het diertje leefde nog, dus we hebben het teruggezet in z'n element. Het is al het tweede exemplaar dit jaar: in januari vond Isolde Jansen een dood jong exemplaar.

april 2019

Haai
-

Deze prachtige grote rugwervel vonden Ingeborg Stokvis en Michiel Terluin (Arnhem/Hengelo) op 9 april ter hoogte van paal 17.
Het is een rugwervel van een grote haaiensoort, maar welke soort is niet te achterhalen.
© Thijs de Boer

april 2019

Grote mantel
Pecten maximus (Linné, 1758)

© Thijs de Boer
Ingeborg en Michiel vonden op dezelfde dag (9 april) op de Balg deze prachtige klep van de grote mantel. De schelp is aangevreten door de tweedradige kokerworm.
Grote mantels zijn uiterst zeldzaam op het strand te vinden.
© Thijs de Boer

april 2019

Noordhoren
Neptunea antiqua (Linné, 1758)

© Thijs de Boer
Astrid Paulussen uit Tuitjenhorn vond op 9 april deze enorme grote en verse noordhoren. Het is de mooiste die ik tot nu toe heb gezien van het strand van Schiermonnikoog.

april 2019

Pelikaansvoet
Aporrhais pespelecani (Linné, 1758)

© Thijs de Boer Carlijn Rademakers uit Amsterdam vond op 22 april deze prachtige schelp van de pelikaansvoet op de Balg. De schelp is halfvolwassen en de lange uitsteeksels die aan de mondopening komen zijn al een beetje te zien. Het is een zeldzame vondst.

© Thijs de Boer

februari 2019

Kortsnuitzeepaardje
Hippocampus hippocampus (Linné, 1758)

Isolde Jansen heeft hele goede ogen: op 4 januari vond zij, tussen al het aangespoelde spul uit de containers van de Zoë, bij paal 17 een prachtig, jong kortsnuitzeepaardje van zo'n 2,5 cm lang. Dit zeepaardje komt voor vanaf de Canarische Eilanden tot in de zuidelijke Noordzee. Bij ons bereikt ze zo'n beetje haar noordelijkste grens. Het is een heel zeldzame vondst!

februari 2019

© Thijs de Boer

Paard
Equus ferus Boddaert, 1785

Op 18 januari vond ik op de Balg dit grote middenhandsbeen van een paard. Het is een zwart en zwaar bot dat er oud uit ziet. Paarden komen al sinds de ijstijdperiode (zo'n 2 miljoen jaar geleden) voor in ons gebied.

februari 2019

Blonde rog
Raja brachyura (Lafont 1873)

Op 21 januari vond ik ter hoogte van paal 13 dit grote eikapsel van een blonde rog (boven). Deze soort leeft op diepten van 10-300 meter en komt voor van de Shetland Eilanden tot Madeira en de westelijke Middellandse Zee. In ons land is een eikapsel van deze soort zeldzaam. Ter vergelijking een eikapsel van de (algemene) stekelrog (onder).
© Thijs de Boer

februari 2019

Grote mantel
Pecten maximus (Linné, 1758)

© Thijs de Boer

Op 27 februari vond Bas de Wilde uit Amersfoort deze prachtige schelp van de grote mantel in de vloedlijn ter hoogte van paal 10. De soort leeft hier en daar in de zuidelijke Noordzee, maar schelpen spoelen maar heel zelden aan.
| index | actueel | 2004 | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
| 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |